De Zandvoort 500 race werd door regenval geregeerd. Voor aanvang van de wedstrijd was het fraai zonnig weer, maar kort na de start begonnen regenbuien het Zandvoortse circuit te teisteren, waardoor de bandenkeuze keer op keer lastig werd.De Renault RS01 van Ten Brinke en Beelen domineerde in deze lastige omstandigheden en pakten de winst in de Zandvoort 500.
Een aantal rijders besloot op de opdrogende baan op slicks te beginnen, terwijl andere coureurs verder vooruit keken en meenden dat de verwachtte regen een keuze voor regenbanden rechtvaardigde. Hierdoor werd de openingsfase spannend door grote verschillen in strategie en dien ten gevolge de snelheid.

Bernard ten Brinke en Jelle Beelen waren in de openingsfase de snelste equipe. De Renault RS01 startte vanaf pole, maar verloor zijn leidende positie nog voordat het veld bij de eerste bocht aankwam. Kort na de eerste bocht herstelde de Renault de pikorde en nam alsnog definitief de leiding in handen.
Na ruim een half uur racen verloor de equipe wederom de leiding aan Gitlin en Bleekemolen, maar herpakte zich in een later stadium weer. Ten Brinke was snel onderweg, ondanks regenval die voor een chaotische situatie in de pitstraat zorgde. Allerlei wagens kwamen tegelijk binnen om regenbanden te laten monteren en gelijk de eerste rijderswissel te doen.

In de wisselende omstandigheden wist de Febo SEAT van Dennis de Borst en Melvin de Groot op te klimmen naar de eerste positie in de divisie II, maar moest bij een van hun pitstops toezien hoe equipe Steenmetz / Bleekemolen de leiding overnam. De mannen stuurden strakke tijden, maar konden niet voorkomen dat ze terug werden verwezen naar de tweede positie toen zijzelf weer een stop moesten maken en de SEAT van Febo Racing door kon rijden. In het algemene klassement zaten Steenmetz en Bleekemolen er op dat moment uitstekend bij met een vijfde positie. Halverwege de race wisselde de equipe die positie in voor de vierde plek en nam de leiding in de tweede divisie.

In de tweede helft van de race bleef noemenswaardige regen uit en droogde de baan langzaam maar zeker op, waardoor de rondetijden rap omlaag gingen. Voor de Renault aan kop was dit het teken om harder en harder te gaan en steeds dicht tegen de poletijd aan te rijden. De snelle bolide van Ten Brinke en Beelen noteerde een snelste rondetijd die minder dan een seconde verwijderd was van de poleposition van de ochtenduren.
Divisie twee werd aangevoerd door Rene Steenmetz en Sebastiaan en Michael Bleekemolen. Divisie drie had met nog iets meer dan een uur te gaan als leiders de driekoppige equipe van Ronald en Mika Morien met Niels Langeveld. Henk Maasen en Robin Vogel waren de snelsten in de divisie IV. De laatstgenoemden reden prima tijden en wisten zelfs enkele potentieel snellere rijders uit de derde divisie achter zich te houden.

Na vier uur racen en net geen 500 kilometer kon de balans worden opgemaakt. Ten Brinke en Beelen pakten de zege in het algemeen klassement en waren de besten van divisie I. In divisie II viel de zege te beurt aan Van den munckhof en Zumbrink. Divisie III werd gewonnen door Mika en Ronald Morien en Niels Langeveld. De strijd om de zege in de vierde divisie werd door Maasen en Vogel winnend afgesloten.
Uitslag, top acht algemeen klassement
1. Ten Brinke / Beelen (divisie I)
2. Gitlin / Bleekemolen (divisie I)
3. Rijnbeek / Taheri (divisie I)
4. Van den Munckhof / Zumbrink (divisie II)
5. De Borst / De Groot (divisie II)
6. Steenmetz / Bleekemolen (divisie II)
7. Wijnschenk / Van Es (divisie I)
8. Sculz / Schulz (divisie I)