Na de GP op Silverstone is er flink wat discussie ontstaan over de zin en onzin van een start achter de safetycar en vooral hoe lang Bernd Mayländer het veld dan zou moeten aanvoeren.
Max Verstappen verklaarde na de race dat de safetycarperiode aan het begin van de wedstrijd wat hem betreft korter had mogen zijn. Daarmee deelde hij de mening van Lewis Hamilton die ook een aantal ronden lang over de radio liet horen dat er wat hem betreft gestart mocht worden. Nico Rosberg daarentegen verklaarde zich tegen een snelle start, maar wilde meer tijd hebben om de baan te laten opdrogen.
Vanuit de optiek van Lewis Hamilton is het logisch dat hij zo snel mogelijk wil beginnen aan de race. Hij startte vanaf poleposition en had daarom nagenoeg geen hinderlijke spray. Alle rijders achter hem kampten wel met een verminderd zicht door de spray en zouden daarom massaal moeten stemmen vóór een langere safetycarperiode.
De mening van Nico Rosberg strookt met deze aanname. De Duitser vertelde: “Er waren flinke rivieren van water op verschillende plekken, dus we moesten de kans krijgen om te zien waar precies, voordat we van start gingen.” Verstappen verklaarde: “Ik was al klaar om te gaan racen na een rondje of twee.”
Diverse coureurs verder naar achteren in het veld klaagden over de hoeveelheid water en dus besloot de wedstrijdleiding dat de safetycar vijf ronden voor het veld bleef rijden alvorens de race onderweg te helpen. Uit veiligheidsoogpunt een logische keuze, maar wel een met een dubbele bodem. Natuurlijk is het veiliger om op lage snelheid te rijden op een kletsnatte baan, dat staat buiten kijf. Bijzonder is het wel dat de klagende coureurs direct na de safetycarperiode de pits in gingen om de ‘full wets’ te verruilen voor intermediates die een stuk minder veel water kunnen afvoeren en dus potentieel een veel groter risico vormen. Zo slecht waren de omstandigheden op de baan dus blijkbaar ook weer niet…
Een ander veel gehoord argument voor kortere safetycarperiodes is dat we te maken hebben met de 22 beste coureurs ter wereld. We mogen aannemen dat deze heren ondanks de verminderde grip in staat zijn de auto op het zwarte gedeelte te houden. Daarnaast gebeurd het ook geregeld dat een race droog begint en halverwege overvallen wordt door regen. Op dat moment kiezen de rijders voor regenbanden en gaan onverdroten verder met de race, zonder tussenkomst van de safetycar. Tenzij het met hele grote bakken tegelijk naar beneden valt, dan wordt er bij uitzondering besloten tot inzet van Bernd Mayländer.
Vanuit de optiek van de fan mag de safetycarperiode worden ingekort naar max twee ronden, of liever nog twee opwarmrondes waarin de rijders op snelheid kunnen voelen waar de grip ligt. Dat is niet de meest veilige optie, maar wel de spectaculairste en biedt voor de échte regenrijder wel de beste kansen.
Conclusie: Alle betrokkenen hebben een eigen belang om de situatie te handhaven of veranderen, discussie en regelgeving is nodig om dit te verduidelijken en tot een optimale oplossing te komen.