Column: Rijdende reclameborden

Rijdende reclameborden, dat zijn Formule 1 auto’s tegenwoordig. Iedere vierkante millimeter wordt benut om een sponsorsticker te plakken en geld te vangen, want ergens moet in de boeken bij Mercedes, Ferrari en Renault toch verantwoord worden waarom er zo veel geld wordt uitgegeven om 300 kilometer in anderhalf uur af te leggen om vervolgens op exact hetzelfde punt terug te keren… De beste (lees: rijkste) teams schrijven tientallen miljoenen ‘marketingbudget’ af en dus is elke sponsorstickers cruciaal om nog wát van de kosten terug te verdienen.
Een beetje team geeft meer dan een kwart miljard uit voor twee auto’s en 21 wedstrijden, daarbij komt dan nog een miljoen of wat om een potentiële kampioen achter jouw stuur te krijgen. En dat alles ter meerdere eer en glorie van de verkoop van blikjes suikerwater, aangelengd met oppeppend koffiebonenextract of vierwielige filerijdersblikken met een ster-, ruitvormig of steigerend-paard-vormig logo op de motorkap. Maar, of kapotte zevende versnellingen of rookwolken brakende aandrijflijnen nou écht reclame zijn…

Toch willen talloze merken zich graag voor een paar vierkante centimeter en vele Euro’s verbinden aan F1-teams. Maar, wat heeft Esso aan een logo op een McLaren-Honda? OK, ik geef toe het logo is vaak goed te zien geweest als Alonso of Button wéér langs de kant stonden, maar of dát de verkoop nou helpt… En nu McLaren-Honda een sterk opgaande lijn heeft is het Esso logo amper meer te lezen door de gang waarmee de wagens voorbij trekken.

Kortom, de meerwaarde van visuele sponsoring in de hogesnelheidsracerij lijkt me bijzonder beperkt. Als het team goed gaat wil je je er graag mee associëren, maar is je logo amper zichtbaar. Als het logo wel te zien is, dan kun je de sponsoring beter stoppen want voor je het weet kleeft je naam aan een team dat vaker stilstaat dan racet en dat is geen pré zou ik zeggen!

Veel effectiever lijkt mij audio reclame. Dankzij het stofzuigergeluidsniveau is tegenwoordig een gesproken bericht immers prima te verstaan… Ik denk dat radioreclame hét gat in de F1-markt is! Ik hoor het al voor me; Nico Rosberg draait het rechte stuk op, tikt door naar de hoogste versnelling en trapt het gaspedaal ‘Total’ op de bodem, terwijl de ‘Philips’ boordradio door de ether schalt: ‘’Mercedes’ chassis default one, Nico! Druk op ‘Sony PlayStation’ knop, kies ‘Petronas’ smeermiddelen en ga naar menu ‘Bosch injectie’, kies ‘Shell V-power’ inspuiten. De ‘Microsoft’ besturing vraagt daarna bevestiging. Toets ‘Mercedes ster’ en let op dat je niet de ‘X-box’ toets indrukt, die is om ‘Red Bull’ te drinken. Shift through 7th ‘Leyland’ transmission gear.’ Na de confirmatie van Nico vervolgd de stem vanaf de pitmuur: ‘Als je binnenkomt voor nieuwe ‘Pirelli’s’ om je ‘BBS-velgen’ staan we klaar met ‘Gedore’ gereedschap, ‘Samson’ bandenplakkers en ‘Loctite’ rubbervuller. Helaas mogen we je geen ‘BP High Performance’ olie geven, maar wel een nieuw ‘K&N’ luchtfilter. By the way, hoe voelen je ‘Brembo’ remklauwen aan?’

Ik zeg: laat de radioboodschappen en commercie de vrije loop in de sport die het toppunt van kapitalisme vormt! Op die manier kunnen de financiers in ieder geval nog iets tastbaars terugverwachten voor hun vele Euro’s marketinginvesteringen…

Veritas, 14.07.’16

Bottas legt testprogramma Silverstone uit

Ferry Monster Autosport komt met tweede SEAT uit in TCR Benelux

WP Twitter Auto Publish Powered By : XYZScripts.com