Het nieuwe management van de Formule 1, dat sinds maandag 23 januari actief is als opvolger van Bernie Ecclestone, heeft in de eerste twee dagen al diverse plannen en voornemens de media ingestuurd.
Een van de voornemens is om het prijzengeld in de Formule 1 op een eerlijker manier te verdelen dan onder Ecclestone gebruikelijk was. Slechts de eerste tien teams, van de elf die in 2016 deelnamen, hebben tot dusverre recht op een financiële vergoeding. Voor een belangrijk deel heeft die regel ertoe geleidt dat Manor, dat elfde werd, in financiële problemen verkeerd en vermoedelijk in 2017 niet van start zal gaan.
Een van de vele plannen van het nieuwe driekoppige MT van de F1, Chase Carey, Ross Brawn en Sean Bratches, is om de prijzengelden beter te verdelen. Hierdoor moeten kleinere teams makkelijker kunnen overleven, moeten kleinere ondernemingen sneller geneigd zijn in te stappen en zouden de onderlinge verschillen teruggebracht moeten worden.
Plannen om het prijzengeld van Red Bull en Ferrari te verlagen en zo meer in lijn te brengen met de overige teams zijn tot dusverre op fikse weerstand gestuit. Met name Ferrari beroept zich vaak op de historische waarde die het team in de sport heeft en meent daarom recht te hebben op een ruimere vergoeding dan andere teams.
Het lijkt er op dat de Formule 1 een tijdperk van grote hervormingen tegemoet gaat en dat Ferrari haar unieke positie zal moeten opgeven. Naar verwachting is het nieuwe driekoppige leiderschap vooral uit op een gezonde en sportieve competitie en zullen de rijkste teams hun privileges (deels) gaan verliezen.